Universeum conferentie

Tijdens de Universeumconferentie 2023 organiseerde de werkgroep Digitale Initiatieven opnieuw een workshop over objectgebaseerd lesgeven en leren (OBTL), als onderdeel van het Erasmus+ project "Lesgeven met objecten".

Vergedeeld in vier groepen creëerden de deelnemers eerst vier personages die een van de belangrijkste actoren vertegenwoordigden die betrokken zijn bij het lesgeven met objecten, namelijk: een docent, een curator, een student en een afdelingshoofd. De vier gecreëerde personages werden voorgesteld aan de andere deelnemers, die de kans kregen om vragen op te schrijven die ze aan deze persona's wilden stellen over hun praktijken, mogelijke uitdagingen, enzovoort. De workshop eindigde met een rollenspel waarin elke persona zijn antwoord op een aantal van deze vragen presenteerde, gevolgd door discussies.

De gecreëerde personages hadden veel kleuren. Het hoofd van de universiteit zat in het bestuur van het museum, maar had een hekel aan musea; de 60-jarige docent vond het niet erg om af en toe objecten kapot te maken en de student was stiekem een hacker. Deze eigenschappen inspireerden tot discussies over de belangrijkste kwesties die in de gemeenschap van het lesgeven met objecten werden besproken. Er werd onder andere gesproken over het creëren van een veilige plek voor het lesgeven met objecten, het behoud van objecten, de mogelijkheden van digitale representaties van objecten, de waarde van het lesgeven met objecten en meer samenwerking met studenten.

Al met al heeft deze workshop laten zien dat ons idee om een gezaghebbend, veilig gemeenschapsplatform te creëren dat de praktijk van het lesgeven met objecten laat zien en inspireert, de juiste richting is. De workshop heeft vooral benadrukt hoe belangrijk het is dat ons platform communicatie en samenwerking ondersteunt en bevordert en de waarde en professionalisering van OBTL benadrukt. Bovendien benadrukten de deelnemers aan de conferentie het belang van het creëren van een veilige plek, wat onze eerste ideeën voor dit platform ondersteunt.

De workshop heeft echter ook een paar extra aspecten naar voren gebracht waarmee we rekening moeten houden. Een van de hoofdthema's die tijdens de workshop aan bod kwamen, waren de ervaringen en perspectieven van studenten, hoe we beter kunnen inspelen op hun behoeften en wensen, maar ook hoe we hen meer kunnen betrekken bij het lesgeven met objecten. Hoewel zij een sleutelrol spelen als het gaat om lesgeven met objecten, weten we nog te weinig van hun perspectief. Door deze workshop is het duidelijk geworden dat een platform voor lesgeven met objecten een ruimte moet hebben die gewijd is aan studenten. Het organiseren van een workshop met studenten zou een eerste stap kunnen zijn om studenten een stem te geven en te onderzoeken hoe deze ruimte eruit zou kunnen zien.

Een ander belangrijk onderwerp dat werd besproken, was de vraag hoe objecten veilig kunnen worden bewaard en hoe collecties kunnen worden opengesteld voor gebruik door anderen in hun onderwijspraktijk. Het idee werd geopperd om een beleid op te stellen om deze vragen te beantwoorden. Tijdens de discussie over wat dit beleid zou kunnen zijn, kwam echter al snel de complexiteit van de taak en het tijdrovende karakter ervan naar voren. Misschien is dit iets waar ons platform ook aan zou kunnen bijdragen. Ons platform zou de communicatie en samenwerking tussen docenten, curatoren, studenten en afdelingshoofden kunnen bevorderen om zo'n beleid op te stellen. Het zou ook een plek kunnen zijn waar collecties die beschikbaar zijn voor onderwijs worden uitgelicht, waardoor het proces van het delen van collecties wordt versneld zonder dat je door verschillende ingewikkelde lussen hoeft te springen. Dit zou op zijn beurt studenten kunnen helpen wier e-mails onbeantwoord blijven wanneer ze toegang tot collecties nodig hebben en curatoren helpen die willen benadrukken dat hun collecties beschikbaar zijn voor onderwijs.

In relatie tot het veiligstellen van objecten werd technologie een belangrijk onderwerp. Net als in de literatuur en onze interviews was er een overweldigende voorkeur voor aanwezigheidslessen. Het belang van dit thema tijdens de workshop benadrukt dat dit iets is waar we in het hele platform dieper op in zouden kunnen gaan, door meer bronnen, interviews en andere formats te gebruiken die dieper ingaan op deze verschillende technologieën en hun mogelijkheden voor het lesgeven met objecten.

Al met al leverde de workshop levendige en productieve discussies op, die ons project vooruithelpen bij het bouwen van een online platform voor het lesgeven met objecten in een richting die de wensen en aspiraties van de objectgebaseerde onderwijsgemeenschap weerspiegelt.