Reflectie voor TWO: Munten
Frank van den Boom
11 april, 2024
Fresco legt de tafel voor mij een bakje neer, een soort vilten dienblaadje met daarop twintig muntjes, in vier rijtjes van vijf. De muntjes lijken allemaal op elkaar: er staan (denk ik) Chinese tekens op., In het midden zit erer zit een vierkant gaatje in het midden, en ze zijn allemaal verweerd. Ik kan raden dat dit oude muntjes zijn die vast iets te maken hebben met de geschiedenis van Azië. Fresco begint uit te leggen wat het doel is van zijn les:
hoe kan ik met deze muntjes iets leren over de geschiedenis van China zonder grote voorkennis?
Ik kan inderdaad niet duiden uit welke periode of regio deze muntjes zouden komen. Ik ben geen sinoloog, maar classicus. Ik heb de nodige colleges over Griekse en Romeinse muntjes gevolgd, alhoewel dat ook alweer een aantal jaar geleden was.
Je bent zo gewend om alleen te mogen kijken – ik zie de tekens, zie het gaatje, zie de verwering – maar dan vraagt Fresco of ik de muntjes wil oppakken, terwijl hij me uitlegt dat de muntjes afkomstig zijn uit 17e-eeuws China. Meteen veranderen ze van museumstukken in écht geld. Ik laat nu door mijn vingers glijden wat de Chinese bevolking honderden jaren geleden over de toonbank heeft gesmeten. Ik ruik aan de muntjes, niets vreemds. Mijn eerste gedachte: de slijtage van de munten komt door veelvuldig gebruik, zoals dat met munten gaat. Ja, bijna goed, ze hebben inderdaad niet samen in een spaarpotje gezeten, maar ze zijn rondgegaan en zijn op verschillende plekken in China en in verschillende grondsoorten gevonden, waardoor de slijtage op elke munt anders is. Sommige zijn koperroestig turquoise, andere zwartbruin.
Dan keren we ons tot de tekens op de muntjes. Fresco begeleidt mijn ogen langs alle tekens. “Hebben de muntjes allemaal hetzelfde teken?” Nee, elke munt heeft een anderandere karakter. Zou het misschien de waarde omschrijven? Of zouden het leuzen zijn van de maker? Fresco vraagt me om de munten allemaal om te draaien (ik had me nog niet bedacht dat Fresco ze allemaal tactisch met de muntzijde omhoog had klaargelegd), en op de kopzijde zie ik dat alle tekens wel hetzelfde zijn. Is dit dan een bericht van de machthebber? Zo kende ik het uit de Romeinse tijd. En inderdaad, Fresco vertaalt voor me wat er staat: Kangxi tong bao, “moge deze munt onder het bewind van Kangxi vrijelijk circuleren”. Ineens kunnen die munten vertellen uit welke periode specifiek ze afkomstig zijn, en is er een persoon – een keizer nota bene – verbonden aan de munten.
Fresco vraagt me nu om nog beter te kijken of alle tekens hetzelfde zijn. Ik hou de muntjes voor mijn neus. “Ja, dat lijkt me wel toch? Je ziet hier en daar wel dat wat puntjes hadden moeten zijn, een lijntje is geworden, maar dat lijkt me niet veelzeggend.” Fresco vertelt me dat dat juist de belangrijke details zijn! Blijkbaar werden er ontzettend veel munten vervalst toentertijd, en liet de keizer elke drie maanden een nieuwe munt drukken met een minuscule aanpassing, zodat ze hun munten van vervalsingen konden onderscheiden.
Ik mag de munten weer omdraaien, en Fresco vraagt me beter naar al die verschillende tekens te kijken. Het duurt even, maar dan valt me op dat het teken aan de rechterkant van de munten niet op het Chinees lijkt zoals aan de linkerkant. “Die taal is Mantsjoe, de taal van de machthebbers,” vertelt Fresco, “waarom denk je dat er Mantsjoe én Chinees op staat?” Ik moet denken aan de macht van taal en haar invloed op culturele vorming. “Ze wilden aan het volk laten weten dat er Mantsjoes aan de macht waren?” Ik zit in de buurt, maar ik ben blijkbaar niet geschikt als keizer! Ik moet me echt verplaatsen in Kangxi. De Mantsjoes waren slechts een klein volk, die heerste over het enorme Chineestalige volk, dus niemand kon dat Mantsjoe lezen. Als je het kon lezen dan kon je jezelf meten aan het hof, én het was een extra preventiemiddel tegen vervalsing, want niemand kon die tekens schrijven!
Na nog enkele ontdekkingen te doen, bergt Fresco de muntjes weer op. Het is zonde dat we in musea de spullen niet mogen aanraken, ruiken, voor onze ogen vasthouden, want hoeveel meer leer je van een object als dat wel mag?
Frank van den Boom
The Netherlands
Designer of object based workshops for Things That Talk.