Teaching with objects logo

Manchus vinden in het wereldmuseum

Fresco Sam-Sin

22 april, 2024

Language icon

This article is originally written in English and automatically translated by DeepL AI.

Manchus vinden in het wereldmuseum

In het hart van de stad Leiden nam ik mijn leerlingen mee naar echte Manchu-voorwerpen. Mantsjoes waren de heersers van een van de grootste landrijken in de wereldgeschiedenis (1616-1912), waarvan China het grootste deel uitmaakte. Deze taalstudenten stond een nieuwe ervaring te wachten. Ik vertel je er graag meer over in dit stukje.

Waar zijn we?

We staan met mijn studenten in het depot van Museum Volkenkunde, in het hart van de stad Leiden. Het bezoek is onderdeel van mijn cursus Mantsjoe taal en cultuur. Mantsjoes waren de heersers van een van de grootste landrijken in de wereldgeschiedenis (1616-1912), waarvan China het grootste deel uitmaakte. De Mantsjoes zijn cultureel en taalkundig nauw verwant aan Mongoolse en Turkse volkeren. Een van de misverstanden over de Mantsjoes is dat ze - als besprenkeld met sprookjesstof - Chinees werden met het passeren van de Grote Muur in 1644. Het ontkrachten van dit idee is een van mijn grootste doelen in mijn lessen.

Voor me op tafel zie je twee bogen en twee pijlen. Buiten dit beeld lagen nog meer bogen, pijlen en andere boogschietbenodigdheden. De conservator van het museum is ter plaatse en staat toe dat ik de voorwerpen aanraak, met handschoenen aan. Het is mijn taak om ervoor te zorgen dat mijn studenten materialiteit kunnen ervaren zonder het object te manipuleren. Ik begeleid hun langzame kijken, terwijl ik mijn woorden zorgvuldig kies en ervoor zorg dat ik alle andere zintuigen dan hun zicht aanspreek.

Voorbereidingen

Twee maanden van tevoren zorgde ik ervoor dat de conservator van het museum tijd in haar agenda reserveerde om ons te verwelkomen; dit zou haar ook genoeg tijd geven om de objecten uit de depots buiten Leiden te laten overbrengen. De voorbereidingstijd stelde me ook in staat om een momentum op te bouwen met mijn studenten. En inderdaad, toen de dag aanbrak, waren de studenten enthousiast. Begrijpelijk, want in hun tekstgerichte studies komen ze nauwelijks echte objecten tegen. Daar zou nu verandering in komen.

De voorwerpen die ik uitkoos, hadden allemaal een gemeenschappelijk thema: Manchu boogschieten. Boogschieten is in de geschiedenis een van de belangrijkste pijlers van de Mantsjoe-identiteit. Objecten die hiermee te maken hebben, mogen dan ook niet ontbreken in mijn cursus. In feite was de tanende vaardigheid in het Mantsjoe boogschieten gedurende de eeuwen van Mantsjoe heerschappij een van de grootste frustraties van het hof in Peking. De centrale positie van boogschieten wordt duidelijk als je kijkt naar het Manchu werkwoord Manjurambi, dat we kunnen vertalen als 'naar Manchu'. Het werkwoord heeft twee betekenissen (1) 'Manchu spreken' en, verrassend, (2) 'pijlen schieten terwijl je paardrijdt'. Het lezen van dit lemma is een vast onderdeel van de derde week van mijn beginnerscursus, en zo zijn de studenten zich al vóór binnenkomst bewust van de status van boogschieten binnen het Manchu-bestuur.

Vóór de les lezen de studenten al vermeldingen die betrekking hebben op alle geluiden die pijlen maken, wat de rijkdom van het boogschietvocabulaire onderstreept. Ik gebruik het heilige spiegelwoordenboek, in opdracht van de Kangxi-keizer (r. 1661 - 1722, hier). Naast de filologische voorbereidingen vraag ik studenten ook om een digitale tabel van Manchu wapens en wapenrustingen te verkennen, samengesteld door mijzelf en Peter Dekker die de absolute specialist is in Manchu wapens en wapenrustingen (hier gebruik ik vragen, en hier horen we de specialist). 

BEELD 1: Klanken van een pijl. De taalkundige term hiervoor zijn ideofonen.

BEELD 2: Wat één helm ons kan vertellen

Doelen

Op de foto zie je een nieuwsgierige curator en twee leerlingen. Ik vraag mijn leerlingen om zich te concentreren op de bogen. Ik heb drie leerdoelen in mijn achterhoofd, en alles wat we tijdens deze sessie leren is winst. De doelen:

(a) Ten eerste begrijpen mijn leerlingen na deze workshop dat materiële bronnen onze tekstuele kennis van de geschiedenis kunnen bevestigen; en (b) leerlingen begrijpen dat er veel informatie is die we niet uit tekstuele bronnen kunnen halen. De leerlingen leren dat een object zijn eigen verhalen te vertellen heeft; en (c) de leerlingen beseffen dat materiële bronnen tegen teksten kunnen ingaan, of in ieder geval leiden tot het in twijfel trekken van de waarde van geschreven bronnen.

Kijk eens wat ik heb gedaan. Heb ik mijn leerdoelen bereikt? Bedenk ook hoe dit relevant kan zijn in je eigen onderwijs. Laat aan het eind vragen en opmerkingen achter.


Bevestig de geschreven bronnen

Ik vraag de leerlingen om de twee specifieke strikken te vergelijken. De ene ligt achteraan in de tabel, de andere is niet zichtbaar in de afbeelding (link), maar om een idee te geven, laten afbeelding 3 en 4 vergelijkbare motieven zien. Ik vraag ze elementen te vinden die verschillend zijn. 

Dit lijkt een gemakkelijke vraag, maar taalgerichte leerlingen hebben tijd nodig om in de object-modus te komen. Een student zei: "er is een groot verschil in decoratie. De achterste heeft een meer natuurlijk motief, de andere heeft bloemen en is flamboyanter". Deze observatie hielp ons om ons eerste leerdoel te bereiken. De Mantsjoes veroverden China als een zeer kleine groep, een semi-nomadisch volk dat leefde van de jacht en de visvangst. Complexe, flamboyante decoraties was iets dat de heersers verafschuwden. Ze zagen het als een afleiding van 'de Manchu-manier'. Je zag dit ook terug in andere voorwerpen: reisbestek bestond altijd niet alleen uit eetstokjes, maar ook uit een mes, omdat een echte Manchu - zo was het beleid - niet zou toestaan dat anderen hun vlees sneden. Het was de hoop van de heerser dat de Mantsjoes hun nederige begin, hun taal en hun vaardigheden in boogschieten te paard niet zouden vergeten. Bloemmotieven waren iets voor de Han, benadrukten ze graag.

Maar, zoals deze student wist en ook met de groep deelde, absorbeerden de Mantsjoes in veel opzichten de Hochkultur van de Chinezen, vooral na de tijden van de grote oorlogen. De bogen zijn een voorbeeld van deze overgang: terwijl de ene boog heel natuurlijk is, en heel eenvoudig in decoratie, lijkt de boog met het bloemmotief zich meer te richten op presentatie, en niet zozeer op effectiviteit. Tegen het einde van het keizerrijk wisten nog maar weinig Mantsjoes hoe ze manjurambi, 'Manchu spreken' en 'te paard schieten'

BEELD 3: Qing boog

BEELD 4: Qing boog

IMAGE 5: Qing bow in collection Volkenkunde.

IMAGE 6: Qing bow in collection Volkenkunde.

Ongeschreven verhalen

Objecten vertellen hun eigen verhalen en openen richtingen waar we nog niet aan hebben gedacht. Om dit te onderstrepen vroeg ik de leerlingen: "Als je kijkt naar hun bruikbaarheid, wat is dan het belangrijkste verschil tussen de twee strikken die voor me liggen?" (beide zichtbaar op de foto). Eén leerling was er snel bij: "er is er maar één met een touwtje." "Dus die zonder touwtje heeft alleen een touwtje nodig van het ene uiteinde naar het andere, en dat is het?" De klas bevestigde het.

Ik ging verder: "Slechts één kant van de boog zonder touwtje is versierd met de strepen. Vertel je me nu dat de versierde kant naar de boogschutter is gericht?" Alleen door dit te vragen, realiseerden de leerlingen zich dat voordat een boog kan worden bespannen, deze eerst de andere kant op moet worden gespannen. Mijn vraag ontketende een hele reeks vragen over de materialiteit van deze boog en de andere bogen op tafel, en daarmee ook discussies over de beschikbaarheid van grondstoffen en menselijke arbeid en vakmanschap. 

De buitenkant van een boog is bijvoorbeeld gemaakt van de hoorn van een complete watterbuffel. Waar komen deze dieren vandaan, zijn er gegevens over speciale broedplaatsen? Hoe werd een strijkstok in elkaar gezet? De druk bij het spannen, besnaren en schieten is uitzonderlijk. Er was maar één lijm die voldeed: visblaaslijm. De groene delen waar pijlen contact maken met de boog, wat zijn dat? De laatste observatie was wat ik nodig had om naar het einddoel van deze workshop te gaan.

BEELD 7: Ontmantelde Qing boog

Vragen over geschreven bronnen

Zoals gezegd wijdt het heilige Manchu Mirror woordenboek veel ruimte aan de uitleg van woorden die met boogschieten te maken hebben. Een daarvan is hasutai. Hasutai betekent 'linkshandig'. Het lemma is hier heel duidelijk over: 'een goede boogschutter is zowel rechts- als linkshandig'. Nadat ik dit stukje informatie aan de leerlingen had gepresenteerd, vroeg ik hen om dit lemma te bevestigen of in twijfel te trekken. Hoe normaal was het om met beide handen te schieten? Was het onderdeel van de training, een verplichte vaardigheid, die nodig was om het examen te halen?

Terug naar het groene element op de boog. De groene elementen zitten aan weerszijden van een stuk kurk. Het groen is huid van een zeester. Huid van de zeester is het sterkste leer dat je kunt vinden. Je wilt dat het sterk is, want in de oorlog en tijdens trainingen zullen talloze pijlen via dit deel van de boog moeten lopen. Natuurlijk zal de huid tijdens het schieten slijtage vertonen. Kijk nu naar de huid van de roggenvis in de afbeelding en let ook op de ongespannen staat van de boog. Hoe schoot deze soldaat zijn pijlen? De boog laat in ieder geval zien dat de pijlen maar langs één kant gingen. En deze boog is geen uitzondering. Integendeel, alle bogen tonen rechtshandig schieten. De Spiegel verbeeldt, zoals wel vaker in opdracht van de keizer, een grote wensdroom. Uit de bogen die we kennen, blijkt dat mixed-handedness een zeldzaamheid was.

Toen bleven de vragen maar komen, waardoor ik genoeg ideeën kreeg voor de komende weken. Een student vroeg: "Was er een tijd in de Chinese geschiedenis waarin mensen hun linkerhand niet mochten gebruiken? En zo ja, is deze boog een voorbeeld van dit verbod?" Ik wist niet wat ik moest antwoorden en op dat moment wist ik dat deze workshop een succes was.

BEELD 7: Qing boog

AFBEELDING 8: Qing boog

fresco-sam-sin

Fresco Sam-Sin

The Netherlands

Founder of Things That Talk. Editor of object-based stories; gives workshops to students, teachers, and curators.

Get in touch